Terechte naheffing voor ter beschikking stellen auto aan dga door dochter

Een terbeschikkingstelling van de auto kan gezien de omstandigheden aan de bovenliggende
holding worden toegerekend. Opgelegde vergrijpboeten worden vernietigd omdat opzet
niet is aangetoond.

De directeur-grootaandeelhouder (dga) van een holding-bv kan in privé gebruikmaken
van een bestelauto van een werkmaatschappij. Hij ontvangt een fictief loon van de
holding, maar hierbij is geen rekening gehouden met een bijtelling privégebruik auto.
De inspecteur legt na een boekenonderzoek bij de holding over 2016 tot en met 2019
naheffingsaanslagen LB op met vergrijpboeten van 50%.

Terecht bijtelling privégebruik Rechtbank Zeeland-West-Brabant bevestigt de opgelegde naheffingsaanslagen. Een terbeschikkingstelling
van de auto kan gezien de omstandigheden aan de holding worden toegerekend. Beide
vennootschappen zijn op hetzelfde bedrijfsadres gevestigd en de dga is hun bestuurder.
Er is ook sprake van een terbeschikkingstelling voor (mogelijk) privégebruik omdat
de dga vrij kon beschikken over de auto. De bestelauto stond bij hem voor de deur
en hij had de autosleutels. Er ontbreekt een rittenregistratie en de dga kan ook niet
op een andere manier overtuigend aantonen dat de auto voor minder dan 500 kilometer
privé is gebruikt. Het is ook niet aannemelijk dat de bestelauto, waarin veel gereedschap
zit, (bijna) alleen bruikbaar is goederenvervoer. Daarnaast stelt een vastgelegd verbod
op privégebruik in de praktijk niets voor, aangezien onduidelijk is hoe hierop toezicht
wordt gehouden en er blijkbaar voor de dga andere regels gelden. De vergrijpboeten
worden wel vernietigd omdat de inspecteur de vereiste (voorwaardelijke) opzet niet
overtuigend aantoont. Het is niet voldoende dat de holding op de hoogte was van de
regels voor een bijtelling privégebruik auto. Er moet worden aangetoond dat zij bewust
geen bijtelling heeft toegepast, terwijl zij wist dat hierdoor een grote kans bestond
op een te lage belastingheffing.

Bron: Rb. Zeeland-West-Brabant 14-12-2023 (gepubl. 21-12-2023).

Bron: https://www.fiscaalinfo.nl/document/p1-770960